Pusic tussen voetbal en schuilkelders in Oekraïne: ‘Wij hadden ook dood kunnen zijn’.
“Avontuurlijk, boeiend en beangstigend.” Met deze woorden omschrijft Marino Pusic de dagelijkse gang van zaken als hoofdtrainer van Sjachtar Donetsk, in het door oorlog getroffen Oekraïne.
“Maar het is vooral leuk om met een fantastisch stel mensen en een geweldige spelersgroep samen te mogen werken”, vervolgt de 53-jarige Pusic in zijn hotelkamer in Eindhoven. Vanavond (21.00 uur) neemt hij het in de Champions League met zijn ploeg op tegen PSV.
De Bosniër is terug in het land waar hij een groot gedeelte van zijn leven heeft doorgebracht nadat hij als tiener was gevlucht uit Mostar, voor de oorlog in Joegoslavië. In 2023 verruilde hij het assistent-trainerschap bij Feyenoord voor Sjachtar, zijn tweede klus als hoofdcoach.
Pusic had vanavond ook niet in de dug-out van het Philips-stadion kunnen zitten. Want hoewel er geen dag voorbijgaat zonder dat hij wordt herinnerd aan de benarde situatie van het land, kwam de oorlog enkele maanden geleden plots wel heel dichtbij.
Daarvoor moeten we terug naar eind augustus. Sjachtar bereidt zich na de 4-3 uitnederlaag tegen FK Oleksandrija voor op het volgende uitduel, de derde op rij alweer. Tegenstander is FC Kryvbas, een club op ruim acht uur rijden.
De dood ontlopen
“We zijn de dood ontlopen”, zegt Pusic. “Het hotel dat we hadden geboekt en waar we een paar dagen later zouden verblijven, werd kapot gebombardeerd. Er vielen meerdere doden. Dan denk je: ja, dat hadden wij kunnen zijn.”
“Het was heel moeilijk om die reis alsnog te moeten ondernemen. We moesten de moed vinden om er alsnog naartoe te gaan en die wedstrijd te spelen. Dat was onwerkelijk.” Vanwege acute dreiging werd het duel na vijftig minuten gestaakt, ze verbleven urenlang in een schuilkelder.
Op papier speelt Sjachtar zowel thuis- als uitwedstrijden, maar in de praktijk heeft de club al sinds 2014 niet meer in de eigen Donbas Arena gespeeld. De ploeg week uit naar meerdere andere steden in eigen land, waaronder Kiev. Competitieduels voetballen ze nu in Lviv, in het westen van Oekraïne.
‘Thuiswedstrijden’
‘Thuiswedstrijden’ in de Champions League spelen ze dit seizoen in het Duitse Gelsenkirchen, in het stadion van Schalke 04. “Voor ons is alles een uitwedstrijd”, zegt Pusic.
Soms denkt hij weleens: “Waar gaat dit eigenlijk over?” Het is een overpeinzing die niet ver staat van een vraag die hem vaker wordt gesteld: waarom ruilde hij het veilige Nederland in voor een land in oorlog?
“Ik vind dat mensen te kort op aarde zijn om elkaar narigheid aan te doen. We zijn op aarde om met elkaar in vrede te leven, en niet onder de omstandigheden die wij helaas moeten meemaken.”
Verbinding
“Toen deze mogelijkheid voorbijkwam, wilde ik mezelf niet hoeven vertellen: had ik het maar gedaan. Ik voelde een bepaalde verbinding die moeilijk uit te leggen is”, verklaart hij.
“Los van alle narigheid geniet ik intens van het samenwerken met deze mensen, bij deze fantastische club die onder ongelofelijke omstandigheden functioneert.”
Pusic spreekt op persoonlijk vlak van een verrijking.”Het is een mentale sprong waarvan ik heel veel opsteek. Ik leer mezelf heel goed kennen, dat is me veel waard.”
Dat voetbal daarnaast een uitlaatklep is voor veel Oekraïners, is een belangrijke drijfveer. “Het geeft een enorme impuls aan de mensen om ons heen. We vertegenwoordigen een land en de trots die mensen mee- en uitdragen.”
Futiliteiten
Tactieken, looplijnen en basisopstellingen. Eigenlijk zijn het futiliteiten als je dagelijkse leven zo in het teken staat van oorlog, zegt Pusic. “Je beseft dat je je druk maakt om niks. Maar ik beoefen een beroep en daar wil ik succesvol in zijn.”
En zo gaat het gesprek dan toch nog even over de tegenstander van vandaag. Hij is lovend over PSV, dat enkele plekken hoger staat op de Champions League-ranglijst.
“Ze hebben een geweldige spelersgroep en een fantastische coach. Het is een team dat moeilijk te verslaan is. Maar we hebben een plan en willen onszelf presenteren. Dat is waar we voor gaan.”
Bovenstaande informatie komt van de Sportredactie NOS.