Van der Poel is toe aan ‘een wijntje’ na zevende wereldtitel en veel indrukken.
Een goede start en vervolgens zorgen dat je materiaal heel blijft. Dat was de perfect uitgevoerde tactiek van Mathieu van der Poel bij het WK veldrijden in het Franse Liévin, waar hij de titel pakte.
“Het was een droomscenario om met zo’n grote voorsprong te starten, dat geeft vertrouwen”, zei Van der Poel na afloop. Hij sloeg meteen na de start een gat, waardoor hij al vroeg in de wedstrijd in een zetel zat.
Toch was er weinig tijd om te genieten onderweg. “Ik reed in ronde drie lek, dus toen leverde ik wat voorsprong in”, zei de wereldkampioen, die niet voluit reed. “Ik had misschien wel sneller kunnen rijden, maar moest vooral het materiaal heel houden. Dat is lastig.”
Van der Poel doelde daarmee op de vele kiezels en de lastige technische stukken in het parcours.
‘Vooral genieten’
Pas in de laatste ronde kon Van der Poel genieten van het publiek in het land van zijn opa, oud-wielrenner Raymond Poulidor. Van al die indrukken gaat hij thuis met een wijntje genieten, zei Van der Poel.
Hij laat nog in het midden of hij volgend jaar in Hulst voor zijn achtste wereldtitel wil gaan: “Ik weet het niet. Ik wil vooral genieten van deze”. En ‘deze titel’ was zijn zevende, waarmee hij het record evenaarde van Erik De Vlaeminck.
Dat Van der Poel nu mede-recordhouder is, maakt hem trots. “Je droomt er als jongen van om wereldkampioen te worden, maar zeven keer? Daar heb ik tot een aantal jaren geleden nooit over nagedacht.”
Andere renners toonden hun respect voor de evenaring van het record. Zo reed Van Aert over de streep terwijl hij figuurlijk zijn hoed afnam voor Van der Poel.
Van der Poel maakt zich nu op voor het wegseizoen. “Ik moet nog even kijken waar ik start, ik denk met een rittenkoers. Dus Parijs-Nice of Tirreno Adriatico.”
Nederlanders tevreden
Van Aert was ‘best of the rest’ in een wedstrijd die voor de eindwinst niet spannend was, het gevecht om de podiumplaatsen was wel de moeite waard. Helaas voor Joris Nieuwenhuis viel hij net buiten de medailles.
Nieuwenhuis kon eerst Van Aert niet bijbenen en moest later ook Thibau Nys laten gaan. “Ik had het idee dat Thibau en ik ongeveer op hetzelfde niveau zaten, maar ik kreeg het bergop twee keer moeilijk. Hij is zo explosief. Uiteindelijk was hij net iets beter”, vertelde Nieuwenhuis. “Na dit seizoen moet ik tevreden zijn met een vierde plek.”
Nieuwenhuis doelt dan op de gordelroos die hem trof aan het begin van het seizoen. Dat wierp hem ver terug en dus moest de man die vorig jaar nog knap zilver pakte het nu doen met een vierde plek.
Lars van der Haar kwam als negende over de finish. Hij vatte de race treffend samen “Ik had goede benen, maar was technisch niet goed.” Daarmee was hij op dit parcours niet in staat om mee te doen om de prijzen.
Bovenstaande informatie komt van Sportredactie NOS.